De voorzitter opent de zitting op 24/06/2019 om 19:30.
De gemeenteraad neemt kennis van de notulen en het audioverslag van de gemeenteraadszitting de dato 27 mei 2019.
Het algemeen comité Haviland wordt opgericht om de verbinding en het overleg tussen de raad van bestuur en de deelnemers te faciliteren en te stroomlijnen aangezien niet elke gemeente fysiek vertegenwoordigd is in de raad van bestuur.
Gezien het aantal stemgerechtigde leden in de raad van bestuur beperkt is tot 15 leden heeft Haviland beslist een algemeen comité op te richten om de verbinding en het overleg tussen de raad van bestuur en de deelnemers te faciliteren en te stroomlijnen - cfr. Decreet Lokaal Bestuur en statuten Haviland.
Gelet op het schrijven van de Gemeentelijke Holding NV in vereffening de dato 14 mei 2019;
Gelet op de oproeping tot het bijwonen van de algemene vergadering van aandeelhouders van de Gemeentelijke Holding NV - in vereffening, die zal plaatsvinden op woensdag 26 juni 2019 om 14 uur in het Bluepoint Brussels Business Centre, A. Reyerslaan 80 te 1030 Brussel, met volgende agendapunten :
1. bespreking van de werkzaamheden van de vereffenaars over de periode 01.01.2018 tot en met 31.12.2018
2. bespreking van de jaarrekening over de periode 01.01.2018 tot en met 31.12.2018 door de vereffenaars
3. bespreking van het jaarverslag van de vereffenaars over de periode 01.01.2018 tot en met 31.12.2018 inclusief beschrijving van de vooruitgang van de vereffening en redenen waarom de vereffening nog niet kon worden afgesloten
4. bespreking van het verslag van de commissaris over de jaarrekening over de periode 01.01.2018 tot en met 31.12.2018
5. voorstel van de vereffenaars tot benoeming van een commissaris
6. stemming over de benoeming van de commissaris
7. vraagstelling;
Gelet op de voor het mandaat van een effectief vertegenwoordiger en een plaatsvervangend vertegenwoordiger, vooraf ingediende kandidaturen van volgende raadsleden :
Het organisatiebeheersingssysteem bepaalt op welke wijze de organisatiebeheersing van de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn wordt georganiseerd, met inbegrip van de te nemen controlemaatregelen, procedures en de aanwijzing van de personeelsleden en organen die ervoor verantwoordelijk zijn, en de rapporteringsverplichtingen van de personeelsleden die bij het organisatiebeheersingssysteem betrokken zijn (artikel 218 decreet lokaal bestuur).
Het organisatiebeheersingssysteem beantwoordt minstens aan het principe van functiescheiding
waar mogelijk en is verenigbaar met de continuïteit van de werking van de diensten. De doelstellingen van organisatiebeheersing zijn:
− Effectiviteit en efficiëntie;
− Betrouwbaarheid van rapporteringen (financiële, operationele en management rapportering);
− Overeenstemming met wetgeving, regelgeving, reglementeringen, regels;
− Kwaliteitsverhoging.
Deze doelstellingen zullen worden bereikt door het beheersen van alle mogelijke risico’s en door het continu optimaliseren van alle aangebrachte opportuniteiten.
Omdat organisatiebeheersing niet beperkt mag worden tot louter waarneembare controles waar de organisatie aan onderworpen wordt, wordt de organisatiebeheersing geïntegreerd binnen het kwaliteitsbeleid. De geselecteerde beheers- en controlemaatregelen van de organisatiebeheersing bestaan voornamelijk uit verbeteracties.
De methodiek en de aanpak van CC Consult , recent aangeduide consultancy die de cel beleid en coördinatie zal begeleiden, is qua organisatie-evaluatiesysteem vergelijkbaar met die van Audit Vlaanderen en wordt uitvoerig in de nota uiteengezet.
Het decreet lokaal bestuur bepaalt expliciet het uitwerken van een organisatiebeheersingssysteem. De artikels 217 en 219 van het decreet zijn hierover duidelijk.
1° de vastgelegde doelstellingen bereikt en de risico's om deze te bereiken kent en beheerst; 2° wetgeving en procedures naleeft;
3° over betrouwbare financiële en beheersrapportering beschikt;
4° op een effectieve en efficiënte wijze werkt en de beschikbare middelen economisch inzet; 5° de activa beschermt en fraude voorkomt.
Het organisatiebeheersingssysteem wordt vastgesteld door de algemeen directeur, na overleg met het managementteam. Het algemene kader van het organisatiebeheersingssysteem en de elementen daarin die raken aan de rol en de bevoegdheden van de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn zijn onderworpen aan de goedkeuring van de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn.
De algemeen directeur rapporteert jaarlijks aan het college van burgemeester en schepenen, de gemeenteraad, de raad voor maatschappelijk welzijn en het vast bureau over de organisatiebeheersing. Die rapportering gebeurt jaarlijks uiterlijk vóór 30 juni van het daaropvolgende jaar.
Naar aanleiding van de organisatieaudit door Audit Vlaanderen ontvingen de Gemeente Zaventem en AGB Zaventem op 11 mei 2018 het eindrapport over de organisatieaudit.
Audit Vlaanderen heeft 4 aanbevelingen geformuleerd met het oog op het enerzijds versterken van de organisatiebeheersing en anderzijds voorzien in een blijvende projectmatige aanpak van voorgestelde verbeteracties in het kader van de interne controle.
In het vervolgtraject wil de gemeente Zaventem een vaststaand kader opstellen zodat de voorgenomen actieplannen en verbetervoorstellen op een gestructureerde en periodieke manier verder opgevolgd worden. Dit kader zal eveneens van toepassing zijn voor het AGB en OCMW.
Audit Vlaanderen heeft een rapportagetool met de daarin geformuleerde aanbevelingen en de realisaties met deadlines die vooropgesteld werden door de gemeente.
Uit de rapportagetool blijkt dat quasi alle vooropgestelde verbeteracties gerealiseerd werden binnen de geformuleerde deadline.
art. 219 Decreet Lokaal Bestuur
Zoals wettelijk vooropgesteld dient de sanctionerend ambtenaar jaarlijks een overzicht te geven van de werkzaamheden in het kader van de gemeentelijke administratieve sancties;
In dit jaarverslag wordt informatie, cijfermateriaal en commentaar gegeven m.b.t. de afhandeling van de processen-verbaal en de bestuurlijke verslagen die de sanctionerend ambtenaar ontvangen heeft in de periode van 01 januari 2018 tot en met 31 december 2018.
Kennisname door het college van burgemeester en schepenen d.d. 29 april 2019, punt CBS/2019/1222.
Gelet op de meerjarenbegroting, meer bepaald het voorziene budget 2019/22504000/Grond/0670 Openbare verlichting – gemeenschapsgoederen/Straatverlichting met actienummer 2019000084 met titel ‘Omzetting van straatverlichting in LED verlichting’;
Overwegende de noodzakelijke vervanging van afgeschreven verlichtingspalen;
Overwegende de besparing op financieel vlak, door het verduurzamen van de straatverlichting;
Overwegende de besparing op energievlak;
Overwegende het burgemeestersconvenant en de noodzakelijke besparing op vlak van CO²;
Overwegende de toepasselijke raamcontracten van Fluvius inzake het vervangen van straatverlichting;
Overwegende dat verlichtingspalen een gemiddelde levensduur hebben van 30 jaar;
Overwegende dat de aankoop juridisch door Fluvius uitgevoerd kan worden zonder bijkomende marktbevraging cfr. de regeling voor het in house aankopen bij intergemeentelijke samenwerkingsverbanden, daar Fluvius conform de wet op overheidsopdrachten werkt, alsook werken uitgevoerd in het kader van openbaar nut;
Overwegende dat Fluvius beheerder is van het gemeentelijk patrimonium inzake verlichting;
Overwegende de collegebeslissing van 11 juni 2019;
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen;
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen;
De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten en latere wijzigingen;
Het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en latere wijzigingen;
Het Koninklijk Besluit van 18 april 2017 betreffende de plaatsing van overheidsopdrachten klassieke sectoren en latere wijzigingen;
Overwegende dat de bestaande gebieden reeds geregeld werd met het gewestplan, maar dit verouderde voorschriften bevat;
Overwegende het voorstel van RUP met bijhorende documenten betreffende de verschillende deelgemeenten van groot Zaventem;
Overwegende het goedgekeurd gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Zaventem en de specifieke vermeldingen voor de verschillende kernen van groot Zaventem;
Overwegende de bespreking van het RUP op de GECORO Zaventem;
Overwegende de goedgekeurde doorlopen MER-procedure;
Overwegende de plenaire vergadering inzake de RUP’s;
Overwegende het besluit van het college van 28 mei 2019;
Overwegende het besluit van het college van 11 juni 2019;
Juridische grond
Art. 2.2.18 en volgende van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) die de procedure vastleggen voor de opmaak van een RUP.
Met de goedkeuring van het besluit betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma’s door de Vlaamse Regering op 12 oktober 2007, moet de initiatiefnemer van een plan met - mogelijk - aanzienlijke milieueffecten, zoals bijvoorbeeld ruimtelijke uitvoeringsplannen, deze milieueffecten en eventuele alternatieven in kaart brengen.
Artikel 2.2.21 §6 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) zegt dat de gemeenteraad het ontwerp van gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan definitief vaststelt.
Fasering
Aanstelling door het college van het studiebureau in de zitting van 04 september 2017.
MER Procedure
Goedkeuring van de startnota door het college in de zitting van 03 april 2018;
Publicatie in het staatsblad van de termijnen inzake het openbaar onderzoek en de informatievergadering op 04 april 2018;
De organisatie van een informatievergadering voorafgaand aan het openbaar onderzoek op 25 april 2018;
Openbaar onderzoek over de startnota tussen 25 april 2018 tot en met 25 juni 2018;
De publicatie en bekendmaking van het openbaar onderzoek in de gemeenteberichten en op de website van de gemeente Zaventem;
De adviesvraag aan de provincie, het departement en overige adviesinstanties op 16 april 2018;
De verwerking van de informatievergadering in de scopingsnota;
Voorontwerpen RUP’s
De goedkeuring van de scopingsnota en procesnota door het college in de zitting van 22 oktober 2018;
De goedkeuring van de voorontwerpen RUP’s door het college in de zitting van 26 november 2018;
Voorlopige vaststelling RUP’s
De agendering van de voorontwerpen van RUP’s aan de gemeenteraad Zaventem op 18 februari 2019;
De publicatie in het Staatsblad van de termijnen inzake het openbaar onderzoek en de informatievergadering op 19 februari 2019;
Openbaar onderzoek inzake de voorlopige vaststelling van de vijf RUP’s tussen 20 februari 2019 tot en met 21 april 2019;
De publicatie en bekendmaking van het openbaar onderzoek in de gemeenteberichten editie maart – april 2019 en op de website van de gemeente Zaventem;
Openbaar onderzoek
Tijdens deze periode werden 21 bezwaarschriften ingediend en bracht de deputatie een gunstig advies uit. De behandeling van het advies werd verwerkt in het advies van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening.
Gelet op het besluit van het College van Burgemeester en Schepenen van 18 mei 2016, punt CBS/2016/1324, betreffende opstart van de procedure volgens de wet op de Buurtwegen aangaande de afschaffing van voet- en buurtwegen op domein Brussels Airport Company nv (Luchthavendomein);
Gelet op het verzoek tot afschaffing van diverse buurt- en voetwegen op het Luchthavendomein Brussels Airport, m.n. de nummers 1, 2, 14, 15, 16 deel, 17, 21, 25, 26, 27, 28, 30, 31, 37, 43, 44, 48, 54, weg A, weg B, weg C en weg D, opgenomen in de Atlas der Buurtwegen van Zaventem, van Brussels Airport Company NV, met maatschappelijke zetel te 1030 Schaarbeek, A. Reyerslaan 80, BluePoint Brussels en met exploitatiezetel te 1930 Zaventem, Luchthaven Brussel-Nationaal 1C (Satelliet gebouw), d.d. 8 januari 2018;
Gelet op het overzichts- en opmetings/detailplan (ref. 54.470 en 55.362): “Afschaffing buurt- en voetweg, gemeente Zaventem – Atlasgemeente Zaventem, buurtwegen: 1, 2, 14, 15, 16 deel, 17, 21, 26, 27, 28, 30, 31, 37 en voetwegen: 25, 43, 44, 48, 54 en weg A, weg B, weg C, weg D” d.d. 18 april 2017, opgemaakt door de aanvrager, Brussels Airport Company NV;
Gelet op de motivatienota ter afschaffing van de diverse buurt- en voetwegen op het Luchthavendomein Brussels Airport, opgemaakt door Marleen Vandendriessche, Director Legal & Regulations, namens de aanvrager;
Gelet op de verplichting om een openbaar onderzoek in te richten met het oog op de afschaffing van diverse buurt- en voetwegen op het Luchthavendomein Brussels Airport, m.n. de nummers 1, 2, 14, 15, 16 deel, 17, 21, 25, 26, 27, 28, 30, 31, 37, 43, 44, 48, 54, weg A, weg B, weg C en weg D, zoals opgenomen in de Atlas der Buurtwegen;
Gelet op de verbintenis van de aanvrager, Brussels Airport Company nv, zoals opgenomen in de aanvraag van 8 januari 2018 inzake het betalen van een eventuele administratieve dossierkost aan de gemeente Zaventem;
Overwegende dat deze afschaffingsaanvraag voorafgaand uitvoerig werd besproken en werd opgesteld in overleg met de gemeentelijke diensten (Omgeving/Mobiliteit/Milieu) en de dienst (buurt)wegen van de provincie Vlaams-Brabant;
Overwegende dat deze aanvraag de afschaffing beoogt van historische buurtwegen, voetwegen en wegen die nog niet officieel werden afgeschaft, maar sinds mensenheugenis niet meer als weg bestaan en die deel uitmaken van het luchthaventerrein waardoor het de facto een regularisatie betreft van vergeten afschaffingen bij de aanleg van de luchthaven door de Belgische Staat, een van de rechtsvoorgangers van de aanvrager;
Overwegende de beslissing van het College van Burgemeester en Schepenen van 18 mei 2016 om de reeds ontvangen forfaitaire vergoeding voor de wegzaten voor al de wegen, betaald door de Regie der Luchtwegen in het jaar 1965 (= ontvangen, de som van 1.250.000 BEF door de gemeente Zaventem op datum van 12 november 1965) eveneens te aanzien als meerwaarde voor de afschaffing van al deze voet- en buurtwegen, aangezien vanaf de inbezitname door de Regie der Luchtwegen deze wegen als dusdanig hun functie als “openbare weg” reeds hadden verloren;
Overwegende het voorstel tot afschaffing te richten aan de deputatie;
Gehoord het College van Burgemeester en Schepenen;
Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005;
Gelet op de wet op de buurtwegen van 10 april 1841 en latere wijzigingen, inzonderheid de artikelen 27, 28 en 29;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen;
Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juni 2014 tot vaststelling van nadere regels voor de organisatie van het openbaar onderzoek inzake buurtwegen, inzonderheid artikel 1;
Gelet op het Gemeentelijk Erosiebestrijdingsplan Zaventem, ingediend bij brief van 29 april 2008, opgemaakt door Arcadis Belgium.
Gelet op het besluit van het College van Burgemeester en Schepenen van 8 september 2008 houdende goedkeuring evaluatie Gemeentelijk Erosiebestrijdingsplan Departement Leefmilieu, Natuur en Energie – Afdeling Land en Bodembescherming;
Gelet op de éénzijdige verkoopbeloften van de verdeelde eigenaars, Hendrickx Ferdinand van 19 januari 2019, Hilda Goddevriendt van 28 januari 2019, Marleen Van Eycken van 20 januari 2019, Mick Goddevriendt van 25 januari 2019, Reichling Corinne van 5 februari 2019, Reichling Pierre van 3 februari 2019, Sam Goddevriendt van 25 januari 2019 en Serge Reichling van 9 februari 2019, voor de kadastrale percelen nummers 4C 157A5, 4C 157B5 en 4C 157D5 tegen de prijs van 5,00 euro per m² of omgerekend 32.710,00 euro;
Gelet op het besluit van het College van Burgemeester en Schepenen van 1 april 2019, punt CBS/2019/800, houdende gunstig advies tot principiële verwerving van hoger vermelde drie kadastrale percelen;
Gelet op de kadastrale legger en het kadastraal plan, waarbij de drie percelen een totale gezamenlijke oppervlakte bezitten van 6.542m²;
Overwegende de wenselijkheid om de aangeboden percelen onderhands te verwerven in het kader van de uitvoering van kleinschalige erosiemaatregelen;
Overwegende dat de gemeente Zaventem overeenkomstig de bepalingen van Hoofdstuk 1, artikel 3, 2° van het provinciaal reglement dienaangaande subsidies kan aanvragen bij de Provincie Vlaams-Brabant voor de kosten van de grondinname en de kosten van de vergoeding van de gebruikers, met inbegrip van de bijhorende kosten zoals registratiekosten, afpalingskosten, kosten bodemattest en notariskosten;
Overwegende dat voor dit project, binnen het kader van het erosiebestrijdingsplan, een subsidie wordt aangevraagd bij het departement Landbouw en Visserij;
Gehoord het College van Burgemeester en Schepenen;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen;
Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende openbaarheid van bestuur;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 8 mei 2009 betreffende de erosiebestrijding;
Gelet op het provinciaal reglement voor het toekennen van subsidies voor uitvoering van kleinschalige erosiebestrijdingsmaatregelen;
Gelet op het decreet lokale besturen;
Gelet op de brief van 27 september 2017 van de bvba Bouwkundig Advies & Vastgoed Expertises (BAVEX), Mechelsesteenweg 144 b 9, 1933 Sterrebeek, waarbij zij namens de heer Kurt Dierickx met woonplaats Waalsestraat 109 te 1933 Sterrebeek, de gemeente verzoeken om een perceeltje van het openbaar domein op het einde van de wegenis ’s Gravenveld met een oppervlakte van ongeveer 81 m² aan te kopen;
Gelet op het grondplan aanvraag stedenbouwkundig attest van 27 september 2017, opgemaakt door Bouwkundig Advies & Vastgoed Expertises (BAVEX), Mechelsesteenweg 144 b 9, 1933 Sterrebeek;
Gelet op het besluit van het College van Burgemeester en Schepenen van 16 oktober 2017 betreffende de verkoop gedeelte openbaar domein ‘s Gravenveld;
Gelet op het attest, opgemaakt door notaris Marie-Ghislaine Brosens, notaris te Beerse, op datum van 5 april 2018, waarbij de notaris bevestigt dat de heer Kurt Dierickx de aanpalende gronden, gelegen Zaventem, 4 de Afdeling (Sterrebeek), sectie D, nummers 129R en 129S, heeft verkocht aan zijn vennootschap, de bvba DX DENTAL, Waalsestraat 109 te 1933 Sterrebeek;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 28 mei 2018, punt GR/2018/112, betreffende principebesluit desaffectatie en verkoop van een gedeelte van het openbaar domein ’s Gravenveld (ter hoogte van woning nummer 29) te Sterrebeek;
Gelet op het besluit van het College van Burgemeester en Schepenen van 10 december 2018, punt CBS/2018/3484 betreffende de voorbereiding van het dossier “desaffectatie en verkoop van een gedeelte van het openbaar domein” voor de gemeenteraad;
Gelet op het schattingsverslag van het Studie- en Landmeetburo QUADRANT bvba, Dorpsstraat 202 te 3078 Kortenberg, van 25 februari 2019, waarbij de totale venale waarde van het te desaffecteren gedeelte van het openbaar domein ’s Gravenveld met een gemeten oppervlakte van 67ca geraamd wordt op 36.850,00 EUR ofwel 550,00 EUR/m²;
Gelet op het e-mailbericht van het Studie- en Landmeetburo QUADRANT bvba, Dorpsstraat 202 te 3078 Kortenberg, van 29 maart 2019, waarbij zij op basis van de KLIP-aanvraag de ligging van de nutsleidingen hebben ingetekend op het grondplan en waarbij zij de gemeente adviseren om een strook van 2m, gemeten vanaf de boordsteen, niet te verkopen aan de aanpaler; dit in tegenstelling tot wat eerder werd beslist, m.n. een strook van 1,50m;
Gelet op het rooilijnplan ’s Gravenveld (gelegen verkaveling Germenberg), opgemaakt door het Studie- & Architektenbureau G.V.E. uit Kortenberg en goedgekeurd door de gemeenteraad van Zaventem in zitting van 21 november 1988;
Gelet op het opmetingsplan “Proces-verbaal van meting”, opgemaakt door het Studie- en Landmeetburo QUADRANT bvba, Dorpsstraat 202 te 3078 Kortenberg op 7 juni 2019, waarbij het gedeelte van het te vervreemden perceel een gemeten oppervlakte heeft van 67 ca;
Gelet op het ontwerp-rooilijnplan, opgemaakt door het Studie- en Landmeetburo QUADRANT bvba, Dorpsstraat 202 te 3078 Kortenberg op 7 juni 2019;
Gelet op het raamcontract met de geassocieerde notarissen Vanhalewyn & Flamant;
Gelet op het uittreksel uit de kadastrale legger en het kadastraal percelenplan;
Overwegende dat de eigenaar het aanpalend perceel gekend ten kadaster Zaventem, 4 de Afdeling (Sterrebeek), sectie D, nummer 129S, op termijn wenst te ontwikkelen;
Overwegende de ontwikkelingsmogelijkheden volgens grondplan aanvraag stedenbouwkundig attest van 27 september 2017, waarbij het aangrenzend perceel zijn enige toegang kan nemen via een nieuwe verharde (private) toegangsweg tot het openbaar domein;
Overwegende de huidige wegenisaanleg op het einde van dit doodlopend gedeelte van ’s Gravenveld;
Overwegende de wenselijkheid om op het uiteinde van de wegenis ’s Gravenveld een “verbindings”voetpad van 2,00m breedte aan te leggen, waardoor ook de aanwezige openbare verlichtingspaal én de ondergrondse nutsleidingen niet verplaatst dienen te worden;
Overwegende het gunstig advies van de dienst Omgeving om een gedeelte van het openbaar domein met een gemeten oppervlakte van 67 m², gelegen tussen de perceelsgrens met het kadastraal perceel D 129S en de nieuwe rooilijn, gelegen op 2,00m van het uiteinde van de huidige wegenisinfrastructuur op die locatie, af te staan ten behoeve van het aanpalend eigendom voor de aanleg van een private toegangsweg;
Overwegende de huidige uitrusting van het af te staan perceeltje openbaar domein: onverhard en voorzien van twee bomen en gras;
Overwegende dat een gedeeltelijke desaffectatie van het openbaar domein vereist is;
Overwegende dat een goed dat tot het openbaar domein behoort, enkel door een uitdrukkelijke beslissing van de overheid zijn status als openbaar goed kan verliezen;
Overwegende het gunstig advies van het College van Burgemeester en Schepenen;
Overwegende dat de verkoop onderhands zal plaatsvinden;
Overwegende dat de voorwaarden van de verkoop vastgesteld moeten worden;
Overwegende dat de ontwerp-overeenkomst ter goedkeuring dient voorgelegd te worden aan de Gemeenteraad;
Gelet op het Burgerlijk Wetboek, inzonderheid de artikelen 1582 t.e.m. 1701;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen;
Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;
Gelet op het decreet van 8 mei 2009 en latere wijzigingen, houdende vaststelling en realisatie van rooilijnen, in het bijzonder de procedure voor het wijzigen van gemeentelijke rooilijnplannen;
Gelet op het decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen;
Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;
Gelet op het decreet lokale besturen;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 26 februari 2018, punt GR/2018/038, houdende onderhandse verkoop (gebouw) en verlenen recht van erfpacht (grond) aan de Brandweerzone Vlaams-Brabant West voor de brandweerkazerne (Leuvensesteenweg 550) te Zaventem;
Gelet op de akte van verkoop en vestiging recht van erfpacht, verleden voor de burgemeester van de gemeente Zaventem op 3 december 2018, in het bijzonder hoofdstuk Deel 1 – Verkoop; PRIJS (derde blad);
Gelet op het verzoek van de Zone, bij e-mailbericht van de heer Tonny Vanopstal, diensthoofd financiën, op datum van 28 november 2018, om een correctie door te voeren inzake de niet-indexatie van de jaarlijkse vergoeding betreffende het deel Verkoop;
Gelet op de ontwerp-bijakte nr. 1/2019 bij de akte van verkoop en vestiging recht van erfpacht, verleden voor de burgemeester van de gemeente Zaventem op 3 december 2018, opgesteld door de dienst Omgeving/Grondbeleid van de gemeente Zaventem in overleg met de Brandweerzone Vlaams-Brabant West;
Overwegende dat de Zone om de niet-indexatie verzoekt ter vrijwaring van een gelijke behandeling van alle centrumgemeenten/steden die een regeling hebben uitgewerkt met betrekking tot de overdracht van de brandweerkazernes;
Overwegende dat er tussen de partijen onderling afgesproken werd om de niet-indexatie van de jaarlijkse vergoeding door middel van een bijakte bij de hoofdakte te laten goedkeuren nadat de akte van verkoop en vestiging recht van erfpacht werd verleden voor de burgemeester;
Gelet op het overleg van 26 februari 2019 met de eigenaar(s) van het perceel “tuin” gelegen langsheen de Tiendeschuurveld te Sint-Stevens-Woluwe, gekend ten kadaster 5 de Afdeling, Sectie B nummer 110 A en eveneens omvattende de kleinere kadastrale percelen “werkplaats” (nummer B 104 A) en “paviljoen” (nummer B 104 C), met betrekking tot de bebouwings- en/of ontwikkelingsmogelijkheden;
Gelet op de eenzijdige verkoopbelofte van de eigenaars, de heer en mevrouw RENNEBOOG – De WITTEVRONGEL, wonende Edixvelde 129 te 9320 Aalst, van 7 mei 2019, met betrekking tot de verkoop van de in vorige alinea vermelde 3 percelen tuin/werkplaats/paviljoen tegen de prijs van 75,00 €/m², omgerekend 690.825,00 EUR;
Gelet op het e-mailbericht van de eigenaars, van 13 mei 2019, waarbij zij een bijkomende bijzondere voorwaard wensen opgenomen te zien in de authentieke akte, nl.: "Indien de huidige bestemming recreatiegrond/tuin een bestemmingswijziging zou krijgen waardoor de waarde van de grond zou vermeerderen, bijvoorbeeld door bestemmingswijziging tot bouwgrond, zal een compensatievergoeding voor de huidige eigenaars Wim Renneboog/ Annick De Wittevrongel of diens erfgenamen voorzien worden en dit voor een bedrag van 700.000,- euro jaarlijks gekoppeld aan de index voor consumptieprijzen. Deze bijzondere voorwaarde is onbeperkt in tijd en zal bij verkoop aan derden overgedragen worden.”;
Gelet op het besluit van de Gemeenteraad van 28 mei 2019, punt GR/2019/157, betreffende principebesluit verwerving 3 percelen tuin/werkplaats/paviljoen (percelen nummers B 110 A, B 104 A en B 104 C), eigendom de heer en mevrouw RENNEBOOG – DE WITTEVRONGEL;
Gelet op het schattingsverslag van Studieburo QUADRANT bvba, Dorpsstraat 202 te 3078 Kortenberg van 4 juni 2019 betreffende 3 percelen tuin/werkplaats/paviljoen, gelegen langsheen de Tiendeschuurveld te Sint-Stevens-Woluwe, gekend ten kadaster 5 de Afdeling, Sectie B nummers 110 A (“tuin”), nummer 104 A (“werkplaats”) en nummer 104 C (“paviljoen”) met een totale oppervlakte van 93 a 14 ca volgens de kadastrale legger;
Gelet op het Proces-Verbaal van opmeting en afpaling, opgemaakt door de Meetkundige-Schatter van Onroerende Goederen, Rode Kruislaan 42 te 1930 Zaventem, op datum van 10 december 1993, mede-ondertekend door de aanpalende eigenaars;
Gelet op het opmetingsplan van het nieuwe perceeltje met een oppervlakte van 1a 03ca voor de inplanting van een HS-cabine Fluvius, opgemaakt door Drawing Assistance bvba Landmetersbureel, Ceulemansstraat 10 te 2235 Hulshout, op datum van 22 september 2017;
Gelet op het uittreksel uit de kadastrale legger en het kadastraal percelenplan;
Gelet op het raamcontract met de geassocieerde notarissen Vanhalewyn & Flamant;
Overwegende dat het perceel gelegen is in recreatiegebied;
Overwegende dat de gemeente Zaventem reeds eigenaar en/of gebruiker is van een aantal percelen in de direkte buurt;
Overwegende dat het aangeboden perceel onmiddellijk aansluit bij de percelen waarop de huidige twee voetbalvelden en de tennisvelden/sportgebouw zijn aangelegd/opgericht en het als dusdanig complementair kan beschouwd worden aan de uitbreiding van de bestaande uitbating;
Overwegende dat het aangeboden perceel een opportuniteit betreft waarbij de bestaande sportinfrastructuur te Sint-Stevens-Woluwe kan uitgebreid worden en/of kan aangewend worden voor toekomstige recreatieve ontwikkelingen;
Overwegende dat de sportinfrastructuursite (voetbal), gelegen aan de Frans Smoldersstraat op termijn zal verdwijnen;
Overwegende dat de vraagprijs van 690.825,00 euro hoger ligt dan de door de landmeter geschatte waarde van de onroerende goederen (580.000,00 euro volgens recent schattingsverslag Quadrant), waarbij in principe deze schattingsprijs de maximum prijs is die mag betaald worden door het bestuur;
Overwegende dat, overeenkomstig de bepalingen van de recente Omzendbrief KB/ABB 2019/3, van 3 mei 2019, er mag afgeweken worden van de schattingsprijs, mits het bestuur dit motiveert aan de hand van objectieve redenen die daarvoor worden ingeroepen. De volgende consideransen bevatten, na grondig onderzoek en afweging, deze objectieve redenen tot afwijking van de schattingsprijs;
Overwegende de éénmalig voorkomende aankoopmogelijkheid en de hieruit voortvloeiende hoge gelegenheidswaarde voor de gemeente Zaventem in functie van uitbreidings- en optimalisatiemogelijkheden van het aanpalende recreatiegebied (tennis, voetbal);
Overwegende dat de bestaande zone voor voetbalvelden te krap is om te voldoen aan alle reglementaire en minimaal vereiste afmetingen, waarbij een eventuele toekomstige keuze voor herlocalisatie zou resulteren in grote investeringen zoals aankoop (bouw)gronden, aanleg infrastructuur en gebouwen die hier reeds voorhanden zijn;
Overwegende dat onderhavige aankoop kan resulteren tot het herbekijken van de toegang en het parkeren, dienstig voor de bestaande sportinfrastructuren in de onmiddelijke omgeving, langsheen de Eversestraat, waarbij vooral het parkeren kan geoptimaliseerd worden langsheen Tiendeschuurveld;
Overwegende dat bij een herlocalisatie van de parking van Eversestraat naar het aangeboden perceel, gelegen langsheen Tiendeschuurveld, het perceel dat hierdoor vrijkomt langsheen de Eversestraat kan ontwikkeld worden als uitgeruste bouwgrond waardoor de gemeente hierdoor een aanzienlijke meerwaarde kan realiseren (een snelle berekening geeft hiervoor 2180 m² x 340 euro/m² = 707.200,00 euro);
Overwegende de mogelijkheid om bijkomend een wederbeleggingsvergoeding toe te kennen ter waarde van 78.300,00 euro (13,50%; volgens tabel-nationaal degressief tarief), wat het verschil tussen schattingsprijs en vraagprijs aanzienlijk verkleind tot 32.525,00 euro;
Overwegende de hoge studiekost voor de opmaak van een onteigeningsdossier en de doorlooptijd van dergelijke procedures;
Overwegende dat de aankoop onderhands zal plaatsvinden;
Overwegende dat het perceel niet verhuurd werd;
Overwegende dat de voorwaarden van de aankoop vastgesteld moeten worden;
Gehoord het College van Burgemeester en Schepenen.
Gelet op het Burgerlijk Wetboek, artikelen 1582 t.e.m. 1701;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen;
Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende openbaarheid van bestuur;
Gelet op de Omzendbrief KB/ABB 2019/3 van 3 mei 2019 over de transacties van onroerende goederen door lokale en provinciale besturen en door besturen van de erkende erediensten;
Gelet op het decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op het voorontwerp riolerings- en wegenwerken in de Rode Cité te Zaventem, opgemaakt door het studieburo meso uit Meise op datum van 23 april 2014;
Gelet op het besluit van het College van Burgemeester en Schepenen van 17 augustus 2017, punt CBS/2017/2217, betreffende grondverwerving voor de heraanleg van de wegenis Rode Cité, meer bepaald de uitwerking van het principe van een grondruil met het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn van Brussel;
Gelet op de brief van het OCMW Brussel van 27 oktober 2017 betreffende gunstig advies van hun administratie voor een ruiling zonder opleg voor gelijke grondaandelen voor de percelen gelegen te Zaventem, enerzijds eigendom OCMW Brussel, gelegen Leerlooierijstraat, 1 ste Afdeling sectie D nummer 276 E, en anderzijds eigendom gemeente Zaventem, gelegen Da Vincilaan, 1 ste Afdeling sectie D nummer 278 B, mits alle kosten ten laste zijn van de gemeente Zaventem;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 29 januari 2018, punt GR/2018/012, betreffende principebesluit grondruil perceel OCMW Brussel (D278B) met perceel gemeente Zaventem (D276E);
Gelet op het Proces-Verbaal van opmeting en verdeling van 25 maart 2019 van landmeter-expert ing. Dieter Hoefs, Jan Mulsstraat 132 bus 0201 te 1853 Grimbergen;
Gelet op het schattingsverslag van 27 maart 2019 van MESO studiebureau BVBA uit Grimbergen;
Gelet op de brief van het OCMW Brussel van 7 mei 2019 betreffende de goedkeuring door de Raad van het OCMW Brussel in zitting van 24 april 2019 aangaande de verbintenis tot ruiling van het perceel D 278 B met een gelijke oppervlakte uit het perceel D 276 E aan de voorwaarden vastgesteld door de Raad;
Gelet op de ontwerp-akte Ruil, opgemaakt door notaris Rik Roosens, notaris te Diegem;
Overwegende de noodzaak tot het realiseren van een waterbuffering voor de heraanleg van de Rode Cité;
Overwegende de huidige eigendomsstructuur van de gemeente Zaventem en het OCMW Brussel, beide aanpalende grondpercelen;
Overwegende het standpunt van het OCMW Brussel om over gelijke grondaandelen te beschikken voor de ruiling zonder opleg;
Overwegende dat de door de eigenaar opgesomde specifieke verkoopsvoorwaarden aanvaardbaar zijn;
Overwegende dat het OCMW Brussel notaris Erik Struyf, notaris met standplaats te Brussel, heeft aangeduid als instrumenterende notaris;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen.
Gelet op het Burgerlijk Wetboek, inzonderheid de artikelen 1582 t.e.m. 1701;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen;
Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende openbaarheid van bestuur;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op het verzoek tot wijziging van een gedeelte van het rooilijnenplan buurtweg nr. 4 (Konijnenstraat), opgenomen in de Atlas der Buurtwegen van Zaventem, én het gedeeltelijk wijzigen van de rooilijn op einde van de Kouterlaan, van Bart De Malsche, zaakvoerder NV AGROS, Hammestraat 6 te 9220 Hamme van 15 mei 2019;
Gelet op het rooilijnplan (deel) Buurtweg nr. 4 (Konijnenstraat) – gedeeltelijke herziening rooilijn Kouterlaan van 25 april 2019, opgemaakt door bvba VIVER, Buffelstraat 25 te 9240 Zele, in opdracht van NV AGROS, Hammestraat 6 te 9220 Hamme;
Gelet op de motivatienota betreffende de aanvraag voor gedeeltelijk wijzigen rooilijnenplan Buurtweg nr. 4 Konijnenstraat + deel Kouterlaan 1930 Zaventem (kadastraal: Zaventem 2e Afdeling, Sie C, nr. 262 S + 256 A, opgemaakt door bvba VIVER, Buffelstraat 25 te 9240 Zele, in opdracht van de aanvrager: NV AGROS, Hammestraat 6 te 9220 Hamme;
Gelet op de verbintenis van de aanvrager, de heer Bart De Malsche, zaakvoerder NV AGROS, Hammestraat 6 te 9220 Hamme van 6 juni 2019;
Gelet op de verplichting om een openbaar onderzoek in te richten met het oog op de wijziging van een deel van de buurtweg nr. 4 (Konijnenstraat), gelegen te Zaventem, kadastraal gesitueerd Zaventem 2e Afdeling, Sectie C, nr. 262 S + 256 A, om reden dat de verbreding van de rooilijnen noodzakelijk is voor het creëren van parkeerruimten en openbaar groen in functie van het voorstel verkaveling op die locatie;
Overwegende dat een wijziging van de buurtweg voorafgaand werd besproken met de verschillende actoren (bouwheer, gemeente, provincie,…) en dat hiervoor een ontwerp-rooilijnplan tot wijziging van de buurtweg noodzakelijk is;
Overwegende de toekomstige inrichting volgens bijgevoegd voorstel verkaveling bij de aanvraag;
Overwegende het voorstel tot wijziging te richten aan de deputatie;
Gehoord het College van Burgemeester en Schepenen.
Gelet op de wet op de buurtwegen van 10 april 1841 en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 28;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen;
Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juni 2014 tot vaststelling van nadere regels voor de organisatie van het openbaar onderzoek inzake buurtwegen, inzonderheid artikel 1;
Gelet op het decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op het verzoek tot afschaffing van een gedeelte van de voetweg nummer 47, opgenomen in de Atlas der Buurtwegen van Zaventem, van Bart De Malsche, zaakvoerder NV AGROS, Hammestraat 6 te 9220 Hamme van 15 mei 2019;
Gelet op het besluit van de Bestendige Deputatie van 24 april 2003, waarbij de nieuwe rooilijn van de voetweg nummer 47 werd goedgekeurd voor het gedeelte die de verbinding onderling maakt tussen de Kouterlaan, Bisschop Van Gamerenlaan en de Konijnenstraat;
Gelet op het opmetingsplan “Gedeeltelijke afschaffing voetweg nr. 47” van 25 april 2019, opgemaakt door bvba VIVER, Buffelstraat 25 te 9240 Zele, in opdracht van NV AGROS, Hammestraat 6 te 9220 Hamme;
Gelet op de motivatienota betreffende de aanvraag voor het gedeeltelijk afschaffen van voetweg nummer 47, dewelke de Konijnenstraat verbindt met Bisschop Van Gamerenlaan en Kouterlaan (kadastraal: Zaventem 2e Afdeling, Sie C, nrs. 255 E2, 256 A, 260 F, 260 E, 458 B, 257 C en 458 A), opgemaakt door bvba VIVER, Buffelstraat 25 te 9240 Zele, in opdracht van de aanvrager: NV AGROS, Hammestraat 6 te 9220 Hamme;
Gelet op de verbintenis van de aanvrager, de heer Bart De Malsche, zaakvoerder NV AGROS, Hammestraat 6 te 9220 Hamme van 6 juni 2019;
Gelet op de verplichting om een openbaar onderzoek in te richten met het oog op de afschaffing van een gedeelte van de voetweg nr. 47, gelegen te Zaventem, kadastraal gesitueerd Zaventem 2e Afdeling, Sie C, nrs. 255 E2, 256 A, 260 F, 260 E, 458 B, 257 C en 458 A;
Overwegende de toekomstige inrichting volgens bijgevoegd voorstel verkaveling bij de aanvraag;
Overwegende dat een afschaffing van een gedeelte van de voetweg nr. 47 voorafgaand werd besproken met de verschillende actoren (bouwheer, gemeente, provincie,…) en dat een gedeeltelijke afschaffing gunstig werd beoordeeld omwille van het feit dat binnen het ontwerp-verkavelingsplan deze voetweg zal opgenomen worden in de nieuw aan te leggen wegen die dezelfde straten terug zal verbinden en dat er bijgevolg geen enkele reden is om deze smalle grondstroken nog te voorzien of te reserveren als openbare wegenis (buurtweg/voetweg);
Overwegende dat, overeenkomstig de wetgeving op de Buurtwegen, het voorstel tot afschaffing van het gedeelte van de Buurtweg nr. 47 op de kadastrale percelen nrs. 255 E2, 256 A, 260 F, 260 E, 458 B, 257 C en 458 A, gericht moet worden de deputatie na het houden van een openbaar onderzoek en na de tweede beraadslaging van het dossier door de gemeenteraad;
Gehoord het College van Burgemeester en Schepenen;
Gelet op de wet op de buurtwegen van 10 april 1841 en latere wijzigingen, inzonderheid de artikels 27, 28 en 29;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen;
Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juni 2014 tot vaststelling van nadere regels voor de organisatie van het openbaar onderzoek inzake buurtwegen, inzonderheid artikel 1;
Gelet op het decreet Lokaal Bestuur;
Overwegende dat in het kader van de opdracht “Raamcontract onderhoud- en vernieuwingswerken wegen, voetpaden en fietspaden ” een bestek met nr. 2019-1285 werd opgesteld door de Dienst Openbare Werken;
Overwegende dat de basisopdracht zal worden afgesloten voor een duur van 12 maanden en stilzijgend 3 x kan velengd worden :
Overwegende dat deze opdracht bijgevolg als volgt is opgedeeld:
* Basisopdracht (Raamcontract onderhoud- en vernieuwingswerken wegen, voetpaden en fietspaden ), raming: € 123.966,94 excl. btw of € 150.000,00 incl. 21% btw;
* Verlenging 1 (Raamcontract onderhoud- en vernieuwingswerken wegen, voetpaden en fietspaden ), raming: € 123.966,94 excl. btw of € 150.000,00 incl. 21% btw;
* Verlenging 2 (Raamcontract onderhoud- en vernieuwingswerken wegen, voetpaden en fietspaden ), raming: € 123.966,94 excl. btw of € 150.000,00 incl. 21% btw;
* Verlenging 3 (Raamcontract onderhoud- en vernieuwingswerken wegen, voetpaden en fietspaden ), raming: € 123.966,94 excl. btw of € 150.000,00 incl. 21% btw;
Overwegende dat de totale uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 495.867,76 excl. btw of € 600.000,00 incl. 21% btw;
Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure;
Overwegende dat het bestuur bij het opstellen van de lastvoorwaarden voor deze opdracht niet beschikte over de exact benodigde hoeveelheden;
Overwegende dat een deel van de kostprijs betaald wordt door TMVW-Farys, Stropstraat 1 te 9000 Gent;
Overwegende dat Gemeentebestuur Zaventem optreedt als aankoopcentrale voor TMVW-Farys en Autonoom Gemeentebedrijf Zaventem bij de gunning van de opdracht;
Gelet op de beslissing van het College van Burgemeester en Schepenen d.d. , houdende : “Raamcontract onderhoud- en vernieuwingswerken wegen, voetpaden en fietspaden . Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze”;
Gehoord het College van Burgemeester en Schepenen.
Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen;
Gelet op de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, inzonderheid artikel 36 en artikel 57, en inzonderheid artikel 2, 6° en 7°b (de aanbestedende overheid verricht gecentraliseerde aankoopactiviteiten voor de plaatsing van overheidsopdrachten of raamovereenkomsten die bestemd zijn voor aanbesteders) en artikel 43;
Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen;
Gelet op het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad;
Er wordt voorgesteld de volgende artikelen te wijzigen als volgt:
• Artikel 2 Pleegvormen die de begraving/crematies voorafgaan
Er is geen maximale termijn waarbinnen een begraving dient plaats te vinden bij wet vastgesteld.
Voorstel wijziging artikel 2
….Ten vroegste 24 uur na het overlijden, vindt de begraving van niet-gecremeerde stoffelijke overschotten of de crematie met daarop volgende de begraving, de berging of de verstrooiing van de as, plaats.
• Artikel 5 Dag - en uurregeling voor de begrafenissen
Voorstel wijziging artikel 5
Om reden dat begravingen op zaterdag vaak uitlopen, wordt vanuit de dienst voorgesteld om einduur op zaterdag te beperken tot 13.00 uur.
• Artikel 10 Afmetingen graven en urnenveld
In het verleden werd de hoogte van de grafkelder niet vastgesteld. Vanuit de dienst wordt gevraagd om de (maximale) hoogte van een grafkelder vast te stellen tot 90 cm met het oog op uniformiteit.
Voorstel wijziging artikel 10
Hoogte |
Breedte |
Lengte |
|
Graf 1 persoon > 12 jaar |
90 cm |
80 cm |
160 cm |
Graf 1 persoon ≤ 12 jaar |
65 cm |
60 cm |
120 cm |
Graf urne urneveld |
5 cm |
50 cm |
50 cm |
Grafkelder | 90 cm |
99 cm |
225 cm |
…Op concessies mag het plaatsen van een grafteken onmiddellijk gebeuren, doch uiterlijk binnen het jaar vanaf de concessie-aankoop overeenkomstig de afmetingen vermeld in artikel 10.
Gelet op de wet van 20 juli 1971 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging; gewijzigd bij de wetten van 4 juli 1973, 10 januari 1980, 28 december 1989, 20 september 1998 en 8 februari 2001;
Gelet op het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging, gewijzigd bij het decreet van 10 november 2005, 18 april 2008 en 9 december 2011 (hierna decreet op de begraafplaatsen’ genoemd);
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 14 mei 2004 tot organisatie, inrichting en beheer van begraafplaatsen en crematoria;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 24 september 2018 tot vaststelling van het huishoudelijk reglement op de begraafplaatsen
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen van 4 juni 2019.
Overwegende dat het CKB vóór 1 mei alle rekeningen van de kerkfabrieken die onder zijn werking ressorteren bij de gemeente moet indienen;
Overwegende dat de gemeenteraad advies moet uitbrengen over de rekeningen binnen de termijn van 50 dagen die ingaat de dag na het inkomen van de rekeningen bij het gemeentebestuur;
Overwegende dat dit advies dient te worden overgemaakt aan de provinciegouverneur;
Overwegende dat bij ontstentenis van het versturen van dit advies binnen deze termijn de gemeenteraad wordt geacht een gunstig advies te hebben uitgebracht;
Overwegende dat deze jaarrekeningen werden nagezien zowel inhoudelijk als vormelijk;
Overwegende dat de provinciegouverneur de bevoegdheid heeft om ambtshalve wijzigingen door te voeren en zich uit te spreken over de goedkeuring van de rekeningen van de erediensten;
Overwegende dat de rekening werd opgemaakt in de voorgeschreven vorm;
Gelet op het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, inzonderheid artikels 54 en 55;
Gelet op het gezamenlijk indienen door het CKB van de jaarrekeningen volgens art. 55 van het decreet op datum van 06/05/2019;
Gelet op het reglement op de boekhouding bepaalt in artikel 22 uitdrukkelijk de minimale voorwaarden waarin een budgetwijziging noodzakelijk is. In de investeringen vergt elke wijziging van de kredieten een budgetwijziging. Veranderingen aanbrengen aan de investeringskredieten via een interne kredietaanpassing is dus uitgesloten. Voor de kredieten van de exploitatie is een budgetwijziging vereist zodra de aanpassing leidt tot één van de volgende situaties:
•het totaal van de ontvangsten of uitgaven van een hoofdfunctie wijzigt;
•men bevindt zich in de aanvullende beperkende voorwaarden die het gemeentebestuur heeft opgelegd voor het doorvoeren van interne kredietaanpassingen
Gelet op de kennisname van het college van 10/06/2019;
Gelet op de mail d.d. 29 mei 2019 van de Provinciegouverneur inzake begroting 2019 van de Politiezone Zaventem.
Gelet op de begroting 2019 van de politiezone, goedgekeurd door de gemeenteraad van 25/03/2019 en ingediend bij de toezichthoudende overheid op 15 april 2019;
Gelet op de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op twee niveaus, voornamelijk de artikelen 39, 40, 71 tot 76;
Gelet op het Koninklijk besluit van 5 september 2001 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de lokale politie;
Gelet op de ministriële omzendbrief PLP 57 van 21 november 2018 betreffende de onderrichtingen voor het opstellen van de politiebegroting voor 2019 ten behoeve van de politiezones, waarbij de bedragen van de federale toelagen 2019 bekendgemaakt worden;
De huidige belastingverordening vervalt op 31 december 2019. Voor de aanslagjaren 2019 -2025 dient de belastingverordening op de afgifte van administratieve stukken opnieuw te worden goedgekeurd. Gezien de afgifte van allerhande administratieve stukken lasten voor de gemeente met zich meebrengt en zij hiervoor eigen personeel en middelen voorziet, wordt er een belasting geheven op de afgifte van allerhande administratieve stukken.
De gemeente - voorheen de hogere overheid - werd bevoegd voor de afgifte van bijzondere reisdocumenten voor vreemdelingen/vluchtelingen en staatslozen, te vergelijken met de afgifte van een paspoort voor Belgen. De bevoegdheidsoverheveling naar de gemeenten brengt enkel procedurele wijzigingen met zich mee. In het kader van het gelijkheidsbeginsel Belgen en niet-Belgen worden dezelfde gemeentelijke belastingtarieven vastgesteld voor paspoorten/reisdocumenten.
Uitgezonderd het uittreksel uit het strafregister (4 euro), worden alle attesten, bewijzen en uittreksels uit de bevolkingsregisters en burgerlijke stand reeds gratis afgeleverd. Met het oog echter op een gebruiksvriendelijker en GDPR- conform e-loket en snellere en efficiënte dienstverlening, stelt het College voor om het uittreksel uit het strafregister voortaan gratis af te leveren.
Gelet op artikel 170, §4 van de Grondwet;
Gelet op artikel 40 § 3 van het Decreet over het lokaal bestuur;
Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 24 september 2018 houdende "Belastingverordening op de afgifte van administratieve stukken- Aanslagjaren 2018-2019’, voor een termijn eindigend op 31/12/2019;
Gelet op de wet van 19 juli 1991 betreffende het bevolkingsregister, de identiteitskaarten, de vreemdelingenkaarten en verblijfsdocumenten en latere wijzigingen;
Gelet op het koninklijk besluit van 10 december 1996 betreffende de verschillende identiteitsdocumenten voor kinderen onder de twaalf jaar en latere wijzigingen;
Gelet op de wet van 30 april 1999 betreffende de tewerkstelling van buitenlandse werknemers en latere wijzigingen;
Gelet op het koninklijk besluit van 18 oktober 2006 betreffende het elektronisch identiteitsdocument voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar.
Gelet op het koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs en latere wijzigingen;
Gelet op het koninklijk besluit van 23 juni 2010 betreffende het rijbewijs voor voertuigen van categorie B en latere wijzigingen;
Gelet op het Ministerieel Besluit van 15 maart 2013 tot vaststelling van het tarief van de vergoedingen ten laste van de gemeenten voor de uitreiking van de elektronische identiteitskaarten, de elektronische identiteitsdocumenten voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar en de kaarten en verblijfsdocumenten, afgeleverd aan vreemde onderdanen en latere wijzigingen.
Gelet op de wet van 25 maart 2003 tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen en van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters en de identiteitskaarten, B.S. 28 maart 2003 en de koninklijke besluiten van 25 maart 2003, B.S. van 25 maart 2003 en B.S. van 28 maart 2003;
Gelet dat de afgifte van een elektronisch identiteitsdocument voor kinderen van niet-Belgische nationaliteit jonger dan twaalf jaar nog niet mogelijk is en derhalve nog steeds een kartonnen bewijs van identiteit voor kinderen jonger dan twaalf wordt afgegeven;
Gelet dat voor de toepassing van dit reglement onder tarief wordt begrepen: de som van de kostprijs aangerekend door de FOD Binnenlandse Zaken aan de gemeente voor de productiekost van het desbetreffende document en de eventuele gemeentebelasting, afgerond naar de hogere euro;
Gelet op de brief d.d. 26 november 2013 vanwege de FOD Mobiliteit en Vervoer waarin wordt vermeld dat de federale retributie voor een internationaal rijbewijs wordt vastgesteld op 16,00 euro met de mogelijkheid voor de gemeente om bovenop dit bedrag een gemeentebelasting vast te stellen, naar analogie met de voorlopige en de definitieve rijbewijzen;
Gelet dat de gemeente sedert 1 januari 2018 verantwoordelijk is voor de afgifte van reisdocumenten voor vreemdelingen, vluchtelingen en staatlozen;
Gelet op de Wet van 18 juni 2018 houdende diverse bepalingen inzake het burgerlijk recht en bepalingen met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing.
Gelet op de financiële toestand van de gemeente;
Gelet op de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op 2 niveaus, inzonderheid op artikel 34 en op de artikelen 77 tot 80 (hierna aangeduid als WGP);
Gelet op het KB van 5 september 2001 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de lokale politie, inzonderheid artikelen 66 tot 72 (hierna aangeduid als ARCP);
Gelet op de ministeriële omzendbrieven PLP 33,38 en 38bis betreffende het afsluiten van de jaarrekeningen van de politiezones;
Op voorstel van het college;
Gelet op het Gemeentedecreet;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 25.06.2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en de latere wijzigingen;
Gelet op het Ministerieel besluit van 01.10.2010 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten en de toelichting ervan, en van de rekeningstelsels van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en de latere wijzigingen;
Gelet op het ministerieel besluit van 9 juli 2013 betreffende de digitale rapportering;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 17.12.2012 houdende de beleids- en beheerscyclus vervroegd in te voeren met ingang van 2013;
Overwegende dat voor de verrichtingen 2018 een volledige aansluiting budgettair – algemeen bekomen wordt;
Gelet op de bepalingen van het gemeentedecreet, inzonderheid artikel 232 tot 244 die betrekking hebben op het autonoom gemeentebedrijf;
Gelet op artikel 243 van het gemeentedecreet waarin bepaald wordt dat de raad van bestuur de jaarrekening vaststelt en deze ter goedkeuring voorlegt aan de gemeenteraad;
Gelet op artikel 252§2 van het gemeentedecreet waarin bepaald wordt dat de goedgekeurde jaarrekening wordt doorgestuurd naar de Vlaamse regeringscommissaris, de gouverneur van Vlaams-Brabant;
Gelet op de gemeenteraadsbeslissing dd. 24.09.2018 houdende de benoeming van commissaris, met de bedrijfsrevisor Erik Thuysbaert (BDO);
Gelet op artikel 37 van de statuten houdende het vaststellen van de jaarrekening en het ter goedkeuring voorleggen aan de gemeenteraad;
Gelet op artikel 6 van de algemene beheersovereenkomst tussen het gemeentebestuur Zaventem en het AGB Zaventem, betreffende de toekenning van werkingssubsidie in geval van werkingstekort over het boekjaar;
Gelet op de gemeenteraadsbeslissing betreffende de toekenning van een toegestane lening ter financiering van de investeringsuitgaven van het AGB;
Overwegende dat voor de verrichtingen 2018 een volledige aansluiting budgettair – algemeen bekomen wordt;
De jaarlijkse erkenning & subsidiëring van de sportclubs gebeurt steeds aan de hand van een erkennings- & subsidiereglement.
Naar aanleiding van de nieuwe legislatuur/beleidsperiode wordt het vorige reglement (zitting gemeenteraad 15/12/08) geactualiseerd en bijgestuurd op basis van de huidige noden & tendensen.
In deze beslissing wordt het ontwerp van dit reglement voorgelegd.
Er wordt bij dit voorontwerp onderscheid gemaakt tussen 4 categorieën:
Hieronder kan in grote lijnen de criteria die hieraan verbonden zijn teruggevonden worden.
Uw vereniging komt in aanmerking voor… |
Erkenning |
Basissubsidies |
…+ Werkingssubsidies + subsidies voor sportmateriaal & infrastructuur |
…+ impulssubsidies voor kwaliteitsvolle jeugdwerking |
|
…als ze een sportclub is |
…als ze erkend is als Zaventemse sportvereniging |
…als ze erkend is als Zaventemse sportvereniging |
…als ze erkend is als Zaventemse sportvereniging |
|
...als ze een feitelijke vereniging of vzw is |
...als ze een actieve werking heeft in het afgelopen subsidiejaar (voorleggen jaarverslag & jaarrekening) |
...als ze een actieve werking heeft in het toekomstige subsidiejaar (voorleggen jaarverslag & jaarrekening) |
...als ze een actieve werking heeft in het toekomstige subsidiejaar (voorleggen jaarverslag & jaarrekening) |
|
…als ze een structureel & duurzaam sportaanbod heeft |
…als ze een actief engagement heeft binnen de sportraad/sectorraad (Aanwezigheid algemene vergaderingen en medewerking activiteiten) |
…als ze een actief engagement heeft binnen de sportraad (Aanwezigheid algemene vergaderingen en medewerking activiteiten) |
…als ze een actief engagement heeft binnen de sportraad (Aanwezigheid algemene vergaderingen en medewerking activiteiten) |
|
…als ze minstens 15 leden heeft |
|
…als ze een vzw-statuut heeft |
…als ze een vzw-statuut heeft |
|
...als minstens 50% van haar leden woonachtig zijn op grondgebied van de gemeente Zaventem |
|
…als ze 25 of meer leden heeft aangesloten bij de sportfederatie |
…als ze 50 of meer leden heeft aangesloten bij de sportfederatie |
|
…als haar zetel binnen de gemeente Zaventem gelegen is |
|
…als ze aangesloten is bij een erkende sportfederatie |
…als ze aangesloten is bij een erkende sportfederatie |
|
…als 50% van de activiteiten op grondgebied van of in sportinfrastructuur van de gemeente Zaventem plaatsvindt |
|
…als er een voorrang is (qua tarief & wachtlijst) voor Zaventemse leden |
…als er een voorrang is (qua tarief & wachtlijst) voor Zaventemse leden |
|
…de Nederlandse taal gebruikt in de werking & communicatie. |
|
|
…als ze een duurzame & gestructureerde jeugdwerking heeft |
|
…toetreedt tot de sportraad en/of sectorraad |
|
|
|
|
|
|
|
|
Dit voorontwerp werd opgemaakt en besproken in samenspraak met de sportraad en schepen van sport.
Na een eerste toepassing, zal ook een evaluatie worden gedaan in samenspraak met de sportraad & schepen van sport.
In het kader van de derde en vierde mobiliteitscyclus van 2018 wordt door de Federale Politie, Directie van de Mobiliteit en het Loopbaanbeheer (DSP) gevraagd om de vacante betrekkingen te melden en dit respectievelijk tegen uiterlijk 28 juni 2019 (derde cyclus) en 13 september 2019 (vierde cyclus);
Gelet op het K.B. van 20 december 2007 tot wijziging van het koninklijk besluit van 5 september 2001 houdende het minimaal effectief van het operationeel personeel en van het administratief en logistiek personeel waarbij het minimaal effectief voor de PZ Zaventem gebracht wordt op 79 operationele personeelsleden;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 22 mei 2017 punt 106 waarbij de personeelsformatie
van lokale politie Zaventem wordt uitgebreid naar 101 personeelsleden in het operationeel
kader en 20 personeelsleden in het administratief- en logistiek kader;
Overwegende dat er in 2019 vijf mobiliteitscycli georganiseerd worden, volgen de data voor het overmaken van de behoeftebepalingen van de zone aan de Directie van de Mobiliteit en Personeelsbeer (DSP) elkaar in een sneltempo op;
Gelet op het advies van de korpschef om volgende betrekkingen vacant te verklaren in de derde mobiliteitscyclus van 2019:
In het Operationeel kader:
Eén betrekking van commissaris van politie “directeur wijk en onderzoek”
- Betreft geen gespecialiseerde betrekking
- Voorrang voor de “Oud Brusselaars”
- Voorzien in een wervingsreserve die geldt voor een gelijkwaardige functionaliteit tot de datum van de volgende mobiliteitscyclus.
Eén betrekking van commissaris van politie algemeen toezicht
- Betreft geen gespecialiseerde betrekking
- Voorrang voor de “Oud Brusselaars”
- Voorzien in een wervingsreserve die geldt voor een gelijkwaardige functionaliteit tot de datum van de volgende mobiliteitscyclus.
Eén betrekking van hoofdinspecteur van politie “teamcoördinator” interventie en toezicht
- Betreft geen gespecialiseerde betrekking
- Voorrang voor de “Oud Brusselaars”
- Voorzien in een wervingsreserve die geldt voor een gelijkwaardige functionaliteit tot de datum van de volgende mobiliteitscyclus.
Vier betrekkingen van hoofdinspecteur van politie “ team interventie en toezicht”
- Betreft geen gespecialiseerde betrekking
- Voorrang voor de “Oud Brusselaars”
- Voorzien in een wervingsreserve die geldt voor een gelijkwaardige functionaliteit tot de datum van de volgende mobiliteitscyclus.
Eén betrekking van hoofdinspecteur van politie “team APO”
- Betreft geen gespecialiseerde betrekking
- Voorzien in een wervingsreserve die geldt voor een gelijkwaardige functionaliteit tot de datum van de volgende mobiliteitscyclus
Twee betrekkingen van hoofdinspecteur van politie “LokaalInformatiepunt infogaring”
- Betreft geen gespecialiseerde betrekking
- Voorrang voor de “Oud Brusselaars”
- Voorzien in een wervingsreserve die geldt voor een gelijkwaardige functionaliteit tot de datum van de volgende mobiliteitscyclus
Eén betrekking van hoofdinspecteur van politie “Functioneel beheer”
- Betreft geen gespecialiseerde betrekking
- Voorrang voor de “Oud Brusselaars”
- Voorzien in een wervingsreserve die geldt voor een gelijkwaardige functionaliteit tot de datum van de volgende mobiliteitscyclus
Eén betrekking van hoofdinspecteur van politie “ ICT-services”
- Betreft geen gespecialiseerde betrekking
- Voorrang voor de “Oud Brusselaars”
- Voorzien in een wervingsreserve die geldt voor een gelijkwaardige functionaliteit tot de datum van de volgende mobiliteitscyclus.
Eén betrekking van inspecteur van politie “LokaalInformatieKruispunt infogaring”
- Betreft geen gespecialiseerde betrekking
- Voorrang voor de “Oud Brusselaars”
- Voorzien in een wervingsreserve die geldt voor een gelijkwaardige functionaliteit tot de datum van de volgende mobiliteitscyclus
Eén betrekking van inspecteur van politie “wapenadministratie”
- Betreft geen gespecialiseerde betrekking
- Voorrang voor de “Oud Brusselaars”
- Voorzien in een wervingsreserve die geldt voor een gelijkwaardige functionaliteit tot de datum van de volgende mobiliteitscyclus
Eén betrekking van inspecteur van politie “team wijkwerking”
- Betreft geen gespecialiseerde betrekking
- Voorrang voor de “Oud Brusselaars”
- Voorzien in een wervingsreserve die geldt voor een gelijkwaardige functionaliteit tot de datum van de volgende mobiliteitscyclus
Eén betrekking van inspecteur van politie “LokaalInformatieKruispunt - Functioneel beheer”
- Betreft geen gespecialiseerde betrekking
- Voorrang voor de “Oud Brusselaars”
- Voorzien in een wervingsreserve die geldt voor een gelijkwaardige functionaliteit tot de datum van de volgende mobiliteitscyclus
Twee betrekkingen van inspecteur van politie “interventie en toezicht”
- Betreft geen gespecialiseerde betrekking
- Voorrang voor de “Oud Brusselaars”
- Voorzien in een wervingsreserve die geldt voor een gelijkwaardige functionaliteit tot de datum van de volgende mobiliteitscyclus
Eén betrekking van inspecteur van politie “patrouillehondgeleider”
- Betreft geen gespecialiseerde betrekking
- Voorrang voor de “Oud Brusselaars”
- Voorzien in een wervingsreserve die geldt voor een gelijkwaardige functionaliteit tot de datum van de volgende mobiliteitscyclus
Overwegende dat er vijf selectiemodaliteiten zijn:
- In volgorde van anciënniteit
- Gemotiveerd advies van de korpschef
- Interview met de kandidaten door de korpschef
- In aanmerking nemen van een advies van de selectiecommissie
- Het organiseren van één of meer test of geschiktheidsproeven
Overwegende dat de tweede mobiliteitscyclus 2019 nog niet afgerond is, en de behoeftebepaling voor de derde cyclus 2019 tegen uiterlijk 28 juni 2019 aan DSP dient overgemaakt te worden, zijn de aantal openstaande betrekkingen per kader op datum van publicatie van de derde cyclus 2019 (19/07/2019) moeilijk in te schatten. Vandaar dat het college de raad de toestemming vraagt alle resterende openstaande betrekkingen ten opzichte van de goedgekeurde personeelsformatie vacant te klaren in de derde mobiliteitscyclus 2019;
Gelet op de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus (WGP);
Gelet op het Koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten (RPPol);
Gelet op het Koninklijk Besluit van 20-11-2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten;
Gelet op de omzendbrief GPI 15, 15bis, 15 ter, 15 quater en 15 quinquies betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezone;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 30/01/2006 (BS 30/01/2006) met betrekking tot de nieuwe mobiliteitsprocedure;
Gelet op art. 6 van het Koninklijk besluit van 30/01/2006 die wijzigingen aanbrengt die belangrijk zijn voor de uitwerking van de profielen;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 22 mei 2017 punt 106 houdende de vaststelling van een nieuwe personeelsformatie 2019 – organogram en functiebeschrijvingen waarbij de personeelsformatie van de lokale politie Zaventem wordt uitgebreid naar 101 personeelsleden in het operationeel kader en 20 personeelsleden in het administratief- en logistiek kader;
Gelet dat politiewerk en het bijhorende administratieve afhandeling steeds aan veranderingen in de maatschappij (radicalisering, overlastcamera’s) onderhevig is, dringt een optimalisering van de in 2017 goedgekeurde personeelsformatie zich sneller op dan verwacht;
In voorbereiding van het zonaal veiligheidsplan, en meer bepaald de prioriteiten van het parket, wordt verkeer alsmaar een belangrijkere prioriteit. Dit blijkt uit analyses van de afdelingscijfers en uit de bevraging veiligheidsmonitor;
Gelet dat de inzet van een motorrijder een meerwaarde is bij de doorgedreven controles in het kader van verkeer zoals foutparkeerders, ADR-controle, snelheid, niet-verzekering, agressie in het verkeer, pechstrook rijden, taxicontroles, …
Om de dagelijkse continuïteit van verkeerscontrole te handhaven, is het aangewezen om het aantal motorrijders te verhogen van 4 naar 5 motorrijders. Dit brengt geen grote bijkomende financiële kost met zich mee (enkel de kost van de functionele opleiding motorrijder en de uitrusting van een motorpak en -helm);
Gelet dat er bij de vorige personeelsformatie geopteerd werd voor 2 hondengeleiders, voornamelijk patrouillehonden, zouden we dit aantal willen verhogen naar 4 waaronder 1 met specialiteit drughondengeleider;
Gelet dat de inspecteur van een (drug)hondenteam belast kan worden met onderstaande (niet limitatieve) specifieke taken en opdrachten:
- Uitvoeren van operationele taken waarbij de inzet van een operationele drughond een meerwaarde levert;
- In staat zijn om de drughond op zelfstandige basis (solo-surveillance) patrouilleopdrachten uit te voeren;
- Pro-actieve en preventieve opdrachten uitvoeren om zo het aanwezigheidsbeleid in het straatbeeld mee gestalte te geven (zichtbaar, aanspreekbaar, contacteerbaar, aanwezigheid);
- Het uitvoeren van allerlei bijstandsopdrachten aan operationele diensten of entiteiten (interventie-, wijk-, verkeers- of lokale recherchedienst) waarbij een drughondenteam (geleider – hond) een meerwaarde kan impliceren (bv. Huiszoekingen, acties, ….);
- In staat zijn om met de drughond deel te nemen aan opdrachten van beteugelend ordehandhaving;
- Actief deelnemen aan de voorziene trainingen met de drughond zoals de wet en de dienst voorschrijven;
- Doorzoeken van gebouwen, zoeken en interpelleren van daders;
- Het geven van demonstraties voor scholen of soortgelijke doelgroepen;
- Naast voornoemde opdrachten en verantwoordelijkheden eigen aan de functieomschrijving van een medewerker hondenteam kan hij/zij ook ingezet worden voor algemene opdrachten en interventies uit te voeren door een medewerker interventiedienst (o.m. eerstelijnsopdrachten als het geven van respons op 101-oproepen);
- De drughondengeleider zal ook ingezet worden voor bovenzonale taken in omliggende politiezones;
- Inwinnen van informatie door zijn/haar aanwezigheid te voet op straat, op het hele grondgebied van de zone (aanspreekbaarheid);
- Zorgen voor de veiligheid en het veiligheidsgevoel;
- Bewaking van het grondgebied en georiënteerde patrouilles uitvoeren;
- Preventie
- Ordehandhaving. De drughondengeleider maakt deel uit van de pool “HyCap”
- Instaan voor het onderhoud van de kennel en de honden.
Gelet op één nieuwe functiebeschrijving in het operationeel kader. Deze van inspecteur operaties specialiteit drughondengeleider, gevoegd in bijlage;
Gelet dat de zone Zaventem permanent op zoek is naar nieuwe medewerkers om de operationele taken te kunnen verzekeren (bv. snelheid in het verkeer, drugpreventiebeleid ….);
Dat elke nieuwe aanvulling in het agentenkader automatisch wordt omgezet naar een functie van inspecteur van politie (zoals werd voorzien in het goedgekeurd personeelskader van 22 mei 2017);
Gelet op de besprekingen in het basisoverlegcomité BOC Pol 19 van 6 juni 2019;
Gelet op de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op 2 niveaus, inzonderheid op artikel 47;
Gelet op de wet van 26 april 2002 houdende de essentiële elementen van het statuut van de personeelsleden van de politiediensten en houdende diverse andere bepalingen met betrekking tot de politiediensten;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten (RPPOL);
Gelet op het Koninklijk Besluit van 5 september 2001 houdende het minimaal effectief van het operationeel en van het administratief en logistiek personeel van de lokale politie;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 17 september 2001 tot vaststelling van de organisatie- en werkingsnormen van de lokale politie teneinde een gelijkwaardige minimale dienstverlening aan de bevolking te verzekeren;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 16 november 2001 tot uitvoering van artikel 235, eerste lid, van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op 2 niveaus;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 7 december 2001 tot vaststelling van de formatienormen van de personeelsleden van de lokale politie;
Gelet op het ministerieel besluit van 28 december 2001 tot uitvoering van artikel 235, vierde lid, van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op 2 niveaus;
Gelet op de ministeriële omzendbrief PLP 10 van 9 oktober 2001 van de minister van Binnenlandse Zaken en de minister van Justitie inzake de organisatie- en werkingsnormen van de lokale politie met het oog op de waarborgen van een gelijkwaardige minimale dienstverlening aan de bevolking;
Gelet op de ministeriële omzendbrief PLP 16 van 28 november 2001 van de minister van Binnenlandse Zaken betreffende de overgang naar het administratief en logistiek kader (CALOG) van de lokale politie krachtens artikel 235, tweede, derde en vierde lid, van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op 2 niveaus;
Gelet op de ministeriële omzendbrief PLP 18 van 6 december 2001 van de minister van Binnenlandse Zaken betreffende artikel 248 van de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op 2 niveaus;
Gelet op de ministeriële omzendbrief PLP 25 van de minister van Binnenlandse Zaken betreffende de politiehervorming en de personeelsformaties;
Gelet op de ministeriële omzendbrief BA/2001/13 van 7 september 2001 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Buitenlands Beleid betreffende de nieuwe lokale politie, eengemeentezones en meergemeentezones: administratief toezicht, specifiek toezicht en gewoon toezicht;
Gelet op de ministeriële omzendbrief BA/2001/13 van 7 december 2001 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Buitenlands Beleid betreffende de lokale politie en de vaststelling van de personeelsformaties;
Gelet op de ministeriële omzendbrief BA/2006/01 van 13 januari 2006 van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering betreffende de inwerkingtreding van de bepalingen inzake het bestuurlijk toezicht naar aanleiding van de inwerkingtreding van het Gemeentedecreet;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 23 maart 2007 tot wijziging van het Koninklijk Besluit van 30 maart 2001 (RPPOL);
Gelet op de personeelsformatie van de lokale politie van Zaventem, vastgesteld door de gemeenteraad in haar vergadering van 25 maart 2002 punt 9;
Gelet op het KB van 20 december 2007 tot wijziging van het koninklijk besluit van 5 september 2001 houdende het minimaal effectief van het operationeel en van het administratief en logistiek personeel van de lokale politie (verschenen BS 25/01/2008 ed. 3) waarbij het minimaal effectief voor de PZ Zaventem gebracht wordt op 79 operationelen en 11 personeelsleden van het administratief en logistiek kader;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 20 december 2010 punt 3 waarbij de personeelsformatie van lokale politie Zaventem wordt uitgebreid naar 93 personeelsleden in het operationeel kader en 18 personeelsleden in het administratief- en logistiek kader;
Overwegende dat het effectief van het operationeel kader en van het administratief en logistiek kader niet meer voldoet om de wettelijke opdrachten uit te voeren, bedoeld in artikel 3, tweede lid, van de wet van 07.12.1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;
Gelet dat volgende zes politiezones een eventuele associatie willen aangaan:
1. de politiezone Grimbergen
2. de politiezone Kastze, gevormd door de gemeenten Kampenhout, Steenokkerzeel en Zemst,
3. de politiezone KLM, gevormd door de gemeenten Kapelle-op-den-Bos, Londerzeel en Meise,
4. de politiezone Vima, gevormd door de gemeenten Vilvoorde en Machelen
5. de politiezone Wokra, gevormd door de gemeenten Wezembeek-Oppem en Kraainem,
6. de politiezone Zaventem
Gelet dat er één algemene raamovereenkomst opgesteld werd met daarin de algemene afspraken, gevoegd als bijlage;
Gelet dat deze overeenkomst tot doel heeft een structureel samenwerkingsverband tot stand te brengen tussen voornoemde politiezones, evenwel met behoud van hun respectievelijke autonomie. Dit structureel samenwerkingsverband krijgt de naam Politieassociatie Noordoostrand, afgekort Politieassociatie NORA. Het schept de mogelijkheid om een aantal aangelegenheden gemeenschappelijk te organiseren op een duurzame wijze. Zo kan onder meer gedacht worden aan het oprichten van gemeenschappelijke ondersteunende diensten, het versterken, delen of uitbouwen van expertise of het gezamenlijk aankopen of gebruiken van materiaal;
Deze overeenkomst regelt de overkoepelende en algemene afspraken binnen het samenwerkingsverband en vormt op die manier de raamovereenkomst. Per aangelegenheid die gemeenschappelijk wordt georganiseerd, zal een subovereenkomst worden opgesteld die de beoogde samenwerking meer specifiek omschrijft. De subovereenkomsten worden aan onderhavige raamovereenkomst toegevoegd en maken er integraal deel van uit. Subovereenkomsten kunnen tussen twee of meer deelnemende politiezones worden afgesloten en hoeven dus niet te gelden voor alle politiezones die deel uitmaken van de politieassociatie;
Gelet dat de manier van werken voor subovereenkomsten tot op heden de volgende is:
Volgens hetgeen beschreven staat in de raamovereenkomst, zal de rol van de projectgroep overgenomen worden door het directiecomité, eens de raamovereenkomst van kracht is gegaan;
Gelet op de drie uitgewerkte subovereenkomsten (gevoegd in bijlage):
Gelet op de subovereenkomst intern toezicht:
Gelet op de subovereenkomst Geweldbeheersing:
Gelet op de subovereenkomst Slachtofferbejegening:
Gelet dat er ook de mogelijkheden voor samenwerking in het kader van dataprotection / GDPR verder te onderzoeken. Verantwoordelijke korpschef / PZ: KC Braeckmans / PZ Grimbergen.
Gelet op de verdeelsleutel voor de gemeenschappelijke uitgaven werd opgenomen (zie Excel document als bijlage);
Gelet op de SharePoint-omgeving die in PZ Zaventem is opgezet in het kader van de subovereenkomst geweldbeheersing, zal voorlopig als SharePoint-platform dienen voor de politieassociatie NORA. Tabbladen zullen per thema / domein worden toegevoegd;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit dd. 20 mei 2019 punt 178 houdende de” Aankoop van 3 elektrische politievoertuigen: goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze (3P ID: 1295)”;
Overwegende dat in het kader van de opdracht “ombouw van 3 elektrische politievoertuigen” een bestek met nr. CAD/2019/xxx/POL/xxx werd opgesteld door de Centrale Aankoopdienst;
Overwegende dat de kosten voor de ombouw van het gestriped elektrisch politievoertuig op € 20.000 incl. BTW/voertuig wordt geraamd;
Overwegende dat de totale uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 60.000 incl. btw;
Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking;
Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen;
Gelet op de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, inzonderheid artikel 42, § 1, 1° a (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 144.000,00 niet);
Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen;
Gelet op het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 90, 1°;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;
Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;
Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, meer bepaald artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht;
Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad;
De voorzitter sluit de zitting op 24/06/2019 om 22:00.
Namens Gemeenteraad,
Wim Debruyn
Algemeen Directeur
Natalie Miseur
Voorzitter